ROTTERDAM () – De overheid moet mét in plaats van óver moskeeën spreken. Die oproep doet het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) na een peiling onder bestuurders van 82 islamitische gebedshuizen. Van hen zegt bijna driekwart “weinig tot zeer weinig” solid te hebben in de overheid.
“Dat gebeurt als je een deel van de samenleving niet als normale burgers ziet, maar als veiligheidsissue”, zegt voorzitter Muhsin Köktas van CMO, een samenwerkingsverband van ruim 380 moskeeën en tien koepels. “Vooral de laatste twee jaar grijpt de politiek ieder thema aan om moslims in een kwaad daglicht te stellen. Ik adviseer Kamerleden om, voordat ze over de islam en moskeeën praten, eerst eens in een moskee in gesprek te gaan. En ontwikkel dan goed beleid dat niet gericht is op polarisatie en discriminatie, maar op herstel van vertrouwen.” De CMO-voorzitter hoopt dat de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme, opdrachtgever voor de peiling, de Haagse beleidsmakers hiertoe aanspoort.
Volgens Köktas hebben moskeeën doorgaans wel clean contact met gemeenten, met name in fors steden. Dat komt ook naar voren uit de peiling door Movisie en Moslimpeil. Van de ondervraagden zegt 20 procent veel solid te hebben in gemeenten en 37 procent weinig tot heel weinig. Bij de landelijke overheid is dat respectievelijk 1 en 70 procent.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) vindt het “spijtig” dat het solid laag is. “Gemeenten blijven graag in gesprek met moskeebesturen om gesignaleerde knelpunten op te lossen. We signaleren dat op lokaal niveau de contacten over het algemeen goed zijn. Juist gemeenten staan dicht bij hun inwoners en het is dan ook niet vreemd dat het vertrouwen in lokale overheden relatief beter is.”
